Waarom juist begaafde leerlingen de Leerkuil in moeten

Er is een groot verschil tussen weten en ervaren. Je kunt best weten dat het niet erg is om fouten te maken en dat fouten maken nodig is om iets te leren. Maar toch. Als je voor een groep staat en je maakt een grote blunder, voelt dat dan ook zo? De mensen die op dit soort momenten het beste kunnen relativeren, zijn doorgaans degenen bij wie al vaker iets mis ging. En ervaren hebben: fouten maken betekent niet het einde van de wereld.

 

Leerkuil

Dit werkt bij leerlingen ook zo. Misschien werk je in je groep wel met de Leerkuil - een krachtige metafoor om het proces van ‘leren’ toe te lichten. Je legt je leerlingen uit hoe ze door een kuil gaan als ze iets nieuws leren. Onderaan in die kuil is het niet comfortabel, maar met hulp of oefening klim je er weer uit. Dit verhaal kun je honderd keer vertellen. Maar pas als leerlingen zelf meerdere keren door de Leerkuil zijn gegaan, als ze ervaren hebben dat je écht weer uit die kuil komt, gaan ze op dit principe vertrouwen. Dan durven ze nieuwe uitdagingen aan te gaan.

 

Spannend

Leerlingen die gemakkelijk leren, komen vrijwel nooit op de bodem van de Leerkuil terecht. Die leerlingen weten waarschijnlijk wel hoe het werkt met fouten maken. Maar ze hebben het nog niet ervaren. Dan kan het superspannend zijn om iets te doen wat ze misschien niet goed kunnen. Want ben je dan nog steeds wel die slimme leerling? Ze gaan vaak uitdagingen uit de weg.

 

Hoe krijg je iedereen in de Leerkuil?

Het proces van door de Leerkuil heen gaan, noemen we de Leeruitdaging. James Nottingham, de bedenker van de Leerkuil, beschrijft in zijn boeken hoe je álle leerlingen zo’n Leeruitdaging kunt geven. Dus eigenlijk: hoe duw je ze in de Leerkuil en begeleid je ze er ook weer uit? Zo’n ‘duwtje in de rug’ kan leerlingen een ervaring geven waar ze hun hele leven plezier van hebben!

 

 

Schermafbeelding-2022-12-08-112856

 

 

De met een * gemarkeerde velden zijn verplichte velden.